-
1 to adapt to
aanpassen aan -
2 to adjust oneself to
aanpassen aan -
3 to match to
aanpassen aan -
4 meet the criteria
aanpassen, aan criteria voldoen -
5 adapter
-
6 approprier
approprier [aaproprie.ee]1 aanpassen (aan) ⇒ afstemmen (op), geschikt maken (voor)1. v(à) aanpassen (aan), geschikt maken (voor)2. s'approprierv(à) -
7 conformer
conformer [kõformee]1 zich richten (naar) ⇒ zich aanpassen (aan), zich conformeren (aan)1. v 2. se conformer (à)v -
8 acclimatise
v. aan nieuwe omgeving aanpassen; zich aanpassen (ook "acclimatize")→ acclimatize acclimatize/————————acclimatize, acclimatise[ əklajmətajz] 〈zelfstandig naamwoord: acclimatization〉1 acclimatiseren ⇒ (doen) wennen aan een ander klimaat/andere omgeving♦voorbeelden: -
9 acclimatize
v. aan nieuwe omgeving aanpassen; zich aanpassen (ook "acclimatise")acclimatize, acclimatise[ əklajmətajz] 〈zelfstandig naamwoord: acclimatization〉1 acclimatiseren ⇒ (doen) wennen aan een ander klimaat/andere omgeving♦voorbeelden: -
10 accommodate
v. onderbrengen; opbergen; opnemen; belonen[ əkommədeet]II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
11 aligner
-
12 insérer
insérer [ẽseeree]1 opnemen ⇒ invoegen, bijsluiten♦voorbeelden:insérer une greffe • entenfaire insérer une annonce (dans) • een advertentie plaatsen1 opgenomen worden ⇒ geplaatst worden, plaatsvinden♦voorbeelden:v1) opnemen, invoegen2) integreren, aanpassen -
13 régler
régler [reeglee]1 betalen ⇒ regelen, vereffenen2 regelen ⇒ vaststellen, bepalen3 regelen ⇒ bij-, af-, instellen6 liniëren♦voorbeelden:régler un tir • inschietenv1) betalen, vereffenen2) regelen3) instellen4) beslechten6) liniëren -
14 accommoder
-
15 adapt
v. aanpassen; opnemen; aanmeten[ ədæpt]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanpassen ⇒ bewerken, geschikt maken♦voorbeelden:adapted from the Chinese • uit het Chinees vertaald en bewerkt -
16 fit in
passenfit in2 kloppen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 inpassen ⇒ plaats/tijd vinden voor♦voorbeelden: -
17 mingle
v. mengen; aanpassen; mengen met; aanpassen aan[ minggl]♦voorbeelden:1 tears mingled with the blood from his forehead • tranen vermengden zich met het bloed van zijn voorhoofd2 they didn't feel like mingling • ze hadden geen zin om met de anderen te gaan praten 〈 op een feest〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
18 moderniser
-
19 specialize
v. zich specialiseren, zich wijden aan speciaal beroep of studiegebied; aanpassen aan een speciale omgeving, deelnemen aan specialisatie (Biologie); specialiseren, limiteren, beperken, iets specificeren, iets speciaal makenspecialize, specialise[ spesjəlajz]II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
20 specialised
adj. zich specialiseren, zich wijden aan speciaal beroep of studiegebied; aanpassen aan een speciale omgeving, deelnemen aan specialisatie (Biologie); specialiseren, limiteren, beperken, iets specificeren, iets speciaal maken
См. также в других словарях:
Championnat des Pays-Bas de football D3 — Infobox compétition sportive Topklasse Sport Football Création 2010 Organisateur(s) KNVB Périodicité Annuelle … Wikipédia en Français